Home » Artikel

Behoud van identiteit binnen diversiteit

Druk bezochte Dag van de Sociologie

Door Marjolein Voogel

Voor de elfde keer organiseerden de Vereniging voor Sociologie (VVS) en de Nederlandse Vereniging voor Sociologie (NSV) het Vlaams-Nederlandse congres de Dag van de Sociologie. Doel van het jaarlijkse congres is om een staalkaart van het actueel sociologisch onderzoek in Vlaanderen en Nederland te bieden.

'Het blijft voor buitenstaanders vaak een raadsel wat sociologie is' aldus Mieke van Houtte, de voorzitter van de VVS in het voorwoord van de syllabus bij de Dag van de Sociologie die dit jaar plaats vond in Gent. Voor sociologen is het dus des te belangrijker om ‘eenzelfde identiteit’ te bewaren, een van de redenen om jaarlijks de Dag van de Sociologie te organiseren. De grote diversiteit van onderwerpen die er aan bod komt, maakt het niet eenvoudig om die identiteit te blijven delen. Maar liefst tien inhoudelijke thema’s stonden op het programma. In totaal vonden zo’n 150 presentaties plaats. Het merendeel van de 200 bezoekers had dan ook tevens een actieve rol als spreker. Voor beginnende onderzoekers is de Dag van de Sociologie een mooie gelegenheid om hun onderzoek aan hun collegae te presenteren en commentaar te krijgen. Sociologie Magazine vroeg de coördinatoren van de verschillende themasessies wat hen het meeste opviel binnen hun vakgebied.

Kwantitatieve benadering
De ingediende papers voor het domein 'familie & gezin' sloten aan op de meest besproken thema’s binnen de internationale literatuur over dit onderwerp: arbeidsparticipatie van vrouwen, kinderopvang en ouderschap in verschillende gezinssamenstellingen. Dimitri Mortelmans van de Universiteit Antwerpen en coördinator van 'familie & gezin', was zeer te spreken over de kwaliteit van de geboden analyses, maar betreurt het dat er zo weinig kwalitatief onderzoek plaatsvindt in zijn vakgebied. Mortelmans: ''Vrijwel alle presentaties waren kwantitatief van insteek. Dat heeft veel te maken met de invloed van zusterwetenschap: de sociale demografie. Maar toch is het jammer dat een kwalitatieve diepte-analyse nauwelijks aan bod komt. Wellicht moeten de nu beschikbare databestanden helemaal uitgeput worden, voor een nieuwe golf van kwalitatieve studies het licht zal zien.'' 

‘Hunkering down’ or not?
Ook in de meeste andere domeinen lag een sterke nadruk op kwantitatieve analyse. Binnen het domein burgerschap stond het vraagstuk van culturele diversiteit centraal. Vooral het effect van etnische diversiteit op de vorming van sociaal kapitaal kreeg de nodige aandacht. Aanleiding daartoe was Putnam’s controversiële hunkering down-these, waarmee hij stelt dat etnische diversiteit een bedreiging vormt voor het sociale contact en vertrouwen tussen etnische groepen. Het is een stelling die op zijn minst genuanceerd moet worden. Zo blijkt uit buurtonderzoek in Nederland dat etnische diversiteit de kans op ontmoeting met buren van andere etnische origine juist iets vergroot, terwijl het persoonlijk contact met de Nederlandse buur verkleint. Een ander aandachtspunt was de toenemende populariteit van nieuw-rechtse partijen. ''Een intrigerende puzzel die onopgelost blijft, is waarom vrouwen veel minder voor radicaal-rechts stemmen dan mannen'', aldus de coördinator van 'burgerschap', Lesley Hustinx van de Universiteit Gent. 

Nog steeds is onderwijsongelijkheid het centrale onderzoeksthema voor onderwijssociologen en volgens coördinator Mieke van Houtte van de Universiteit Gent blijft het dat waarschijnlijk ook nog wel een tijdje. Onder meer kwam 'etnische schoolsamenstelling' aan bod, met vier presentaties die elkaar uitstekend aanvulden. De sprekers rapporteerden over onderzoek naar effecten van etnische concentratie en diversiteit in het basis en voortgezet onderwijs. Een niet heel verrassende conclusie was dat het gepresenteerde onderzoek noch ondersteuning biedt voor etnische desegregatie, noch voor segregatie, maar dat sociale segregatie en ongelijkheid meer aandacht verdienen.

Smaakhiërarchie
Met twaalf presentaties was 'cultuur' een van de meest populaire thema’s bij de onderzoekers. Binnen de presentaties ging er traditiegetrouw veel aandacht naar de duiding en verklaring van wie, wat, waar doet. Wie prefereert muziek van eigen bodem in Nederland? Wat zorgt ervoor dat iemand actief is in de amateurkunsten? Ook culturele classificatiesystemen, zoals de traditionele opdeling in 'hoge' en 'lage' kunst, of in muziekgenres, kregen theoretische en empirische aandacht. Hoe gaan mensen om met smaakhiërarchieën en kunnen die op enige consensus rekenen? Bestaat er consensus over de positie van Bach of Hazes in 'de' smaakhiërarchie? Coördinator Henk Roose van de ontvangende Universiteit: ''Een rijk gevulde culturele agenda! Zowel de etherpiraterij in Nederland en de boutade ‘toon me je kleerkast en ik zeg je wie je bent’ kunnen beide boeiend cultuursociologisch onderzoek opleveren over identiteit en het ethos van authenticiteit.''

Michel Foucault
Prominente thema’s binnen 'arbeid en organisatie' waren: pensionering, de effecten van organisatiebeleid, aspiraties van vrouwen en precaire arbeidscontracten. Internationaal onderzoek voerde de boventoon en het merendeel van de bijdragen was beleidsgestuurd. Volgens Ruud Wielers van de Universiteit van Groningen is er duidelijk minder belangstelling voor organisatieprocessen, alhoewel op dat vlak interessant werk wordt verricht, bijvoorbeeld onderzoek over roddel.

Voor het eerst sinds enkele jaren waren er weer aparte sessies over 'sociologische theorieën'. Maar liefst vijftien papers werden ingediend. De sessies waren verdeeld naar de gangbare verkaveling van het theoretische landschap: de systeemtheorie met Niklas Luhman als dominante figuur en de kritische theorie waar Michel Foucault de boventoon voerde. Interessant was de vraag om aandacht voor de lichamelijke dimensie van de sociologie, een dimensie waar maar weinig sociologen aandacht voor hebben met als grote uitzonderingen Elias en Bourdieu.

Counterculture 2.0
Aan het einde van de Dag gaven Dick Houtman en Mark Elchardus hun kijk op de hedendaagse Nederlandse en Vlaamse democratieën. Elchardus stelde dat het hedendaagse populisme moet worden bestudeerd als houding of 'dunne ideologie'. Populisme wordt niet rechtstreeks in de hand gewerkt door een zwakke economische positie, gevoelens van anomie of onvrede met het persoonlijke leven, maar het is een gevolg van de hardnekkige overtuiging dat het met de samenleving achteruitgaat. Populaire media dragen bij aan de overtuiging dat iedereen het even goed of beter weet dan de politieke elite die lange tijd de waarheid naar zich toe hebben getrokken. Houtman spreekt liever van 'counterculture 2.0' die hij met de versie 1.0 uit de jaren zestig en zeventig vergelijkt. De gangbare verklaring voor de toenmalige linkse tegencultuur is de vervreemding van hoogopgeleide jongeren, die werd ingegeven door een gevoel van onvrijheid en systeemdwang. De hedendaagse rechtse tegencultuur van vooral laagopgeleiden wordt daarentegen overwegend toegeschreven aan ervaringen van culturele verweesdheid ('anomie'). In werkelijkheid gaan vervreemding en anomie echter onvermijdelijk hand in hand, zo stelt Houtman vast, wat inzichtelijk maakt hoe het komt dat beide tegenculturen veel meer met elkaar gemeen hebben dan velen onderkennen.
   
Samenleving doorzichtig maken
Zingevingsvragen beheersen ook de sociologie als vakgebied. De dwarsdoorsnede van de hedendaagse Vlaamse en Nederlandse sociologie werpt onherroepelijk de vraag op wat de rol is van de sociologie. Inherent aan de dynamiek binnen de wetenschap (zoals die binnen veel domeinen) is het gevaar van navelstaarderij. Volgens Houtman moet sociologie niet 'verschralen tot een soort veredelde statistiekcursus', maar moet het empirisch onderzoek bijdragen aan het sociologisch-theoretisch inzicht in processen van maatschappelijke transformatie. In samenhang daarmee dient er volgens hem voor te worden gewaakt dat door excessieve specialisatie de sociologische allrounder verdwijnt: de socioloog die zijn of haar vak in de breedte beheerst, van theorie tot methodologie, van stratificatie tot religie, en van deviantie tot politiek of kunst. Volgens Pieter Broertjes, socioloog, voormalig hoofdredacteur van de Volkskrant en tegenwoordig burgemeester van Hilversum, 'heeft de sociologie van oudsher de taak om de samenleving doorzichtig te maken voor mensen die haar vormgeven.' Ook voor buitenstaanders is dat inzicht verrijkend. En hun inzichten zijn dat ongetwijfeld voor sociologen. Voor de beide sociologische verenigingen ligt er een mooie rol om die werelden vaker samen te brengen en hen zo het raadsel van de sociologie te laten oplossen.  

Dit artikel is eerder (gedeeltelijk) verschenen in Sociologie Magazine nummer 3 van 2011. Bekijk hier de inhoud van het nummer of bestel deze na.