Preview: Haken en ogen aan de Wet langdurig toezicht

Op 1 januari 2018 treedt in Nederland de Wet langdurig toezicht in werking. Is de wet in lijn met de meeste recente criminologische onderzoeksresultaten?

Tekst: Arjan Blokland
Beeld: Pixabay

Op basis van de Wet langdurig toezicht kunnen veroordeelde zedendelinquenten levenslang onder overheidstoezicht worden gesteld. Ook kunnen hen verschillende beperkingen worden opgelegd, zoals een verbod zich ergens te vestigen of om bepaalde typen vrijwilligerswerk te doen. Nederland volgt hiermee het voorbeeld van andere Europese landen en Amerika, waar langdurige registratie van veroordeelde zedendaders al langer vigerend beleid is. In verschillende landen zijn dergelijke registers zelfs (deels) publiekelijk opvraagbaar via het internet. Lokale bestuurders, werkgevers, buurtbewoners en andere geïnteresseerden kunnen daar met een paar muisklikken nagaan wie veroordeelde zedendaders zijn en waar zij zich bevinden.

Dergelijke beleidsmaatregelen worden in de eerste plaats ingegeven door de ernst van de betreffende misdrijven en de wens toekomstige slachtoffers te beschermen. Impliciet is dit beleid echter ook gebaseerd op een aantal aannames over de daders van deze misdrijven. Bijvoorbeeld de veronderstelling dat zedendaders een hoog risico hebben om in herhaling te vallen en dat dit risico bovendien hun hele leven lang hoog blijft. Langdurige maatregelen gericht op het beperken van de bewegingsvrijheid van zedendaders lijken dan de enige remedie. Uit criminologisch onderzoek naar het (herhaalde) criminele gedrag van zedendaders komt echter een heel ander beeld van de typische zedendader naar voren.

Dit artikel verschijnt binnenkort in Sociologie Magazine nummer 3 van 2017. Het hele artikel lezen, maar nog geen abonnee? Neem dan vóór woensdag 9 augustus een abonnement op Sociologie Magazine, dan ontvang je Sociologie Magazine voortaan thuis.

Nu het eerste jaar van €35,- voor slechts €25,- óf voor studenten voor slechts €15,- per jaar