Twee vrouwen op werk

Canadees onderzoek definieert vormen van onzichtbaarheid van vrouwen van kleur op de werkvloer

Vrouwen van kleur die zich begeven op werkvloeren die traditioneel wit en mannelijk zijn, ervaren negatieve en terugkerende gevolgen van onzichtbaarheid. Dit is het uitgangspunt van een onderzoek door Barnini Bhattacharyya van de Universiteit van Western Ontario en Jennifer Berdahl van de Universiteit van British Columbia. Hun essay, genaamd Do you see me? An Inductive Examination of Differences Between Women of Color's Experiences of and Responses to Invisibility at Work werd gepubliceerd in het Journal of Applied Psychology.

Focusgroep

Het licht vier verschillende vormen van onzichbaarheid uit aan de hand van de ervaringen van een diverse groep van 65 vrouwen van kleur uit Canada en de Verenigde Staten. De onderzoekers definiëren daarnaast verschillende mogelijke reacties op onzichtbaarheid.


Niets missen in de sociale wetenschappen? Word abonnee van Sociologie Magazine!


Verschillende vormen van onzichtbaarheid

De onderzoekers definieerden verschillen in achtergrond, migratiestatus en werknemerspositie om zo te kunnen analyseren hoe die verschillen andere soorten onzichtbaarheid aanwakkeren. Ook werd de reactie van de vrouwen op de onzichtbaarheid onderzocht, aangezien daar nog weinig onderzoek naar was. De onderzoekers kwamen uit op vier soorten onzichtbaarheid:

1. Erasure

95% van de bevraagden gaf aan te maken te hebben (gehad) met erasure. Erasure betekent in wezen dat iemand genegeerd wordt op de werkvloer: dat iemand van kleur niet wordt gezien of gehoord. Vrouwen uit Zuid- of Zuidoost-Azië gaven in het onderzoek aan erasure het vaakst te ervaren.

2. Homogenization

Homogenization, of ‘homogenisering’ is het behandelen van een individu alsof ze slechts een inwisselbaar onderdeel zijn van eenzelfde outgroup. Veel vrouwen uit het onderzoek gaven aan ‘homogenisering’ te hebben meegemaakt: 86%, waarbij sommigen beschreven dat ze werden behandeld alsof ze totaal niet te onderscheiden waren van andere vrouwen van kleur. Hoewel de onderzoeksgroep voor een vijfde bestond uit zwarte vrouwen, maakten zij een derde uit van de groep die homogenisering het snelst en vaakst meemaken.

3. Exoticization 

87% van de geïnterviewden gaf aan te maken hebben gehad met exoticization. Dit is een proces waarbij vrouwen van kleur niet alleen geseksualiseerd worden, maar ook geobjectificeerd. Bij deze vorm van onzichtbaarmaking wordt een persoon van kleur gereduceerd tot lustobject of fetisj die voortkomt uit het ‘onbekende’. Hoewel bijna negen op de tien geïnterviewden aangaf met exoticization te maken te hebben (gehad), was deze groep significant jong en in een lagere werknemerspositie. Daarnaast gaven elke latina vrouw en op één na alle zwarte vrouwen aan te maken te hebben gehad met exoticization.

4. Whitening

Bij whitening worden juist die eigenschappen van mensen van kleur benadrukt en gecomplimenteerd die overeenkomen met eigenschappen van witte mensen. Hiermee wordt er afgedaan aan alle andere vormen van identiteit en culturele achtergrond. 51% van de geïnterviewden gaf aan te maken hebben gehad met whitening. Daarnaast is whitening volgens het onderzoek verwarrend, omdat het wordt geframed als inclusie. Door de ondersneeuwing van hun eigen culturele achtergrond voelden de vrouwen zich onzichtbaar gemaakt. De meeste vrouwen die whitening hadden ervaren waren opgegroeid in Canada of de VS, en hadden een hoge werknemerspositie.

Reacties op onzichtbaarheid

Het onderzoek definieerde drie stijlen van reageren op gevoelens van onzichtbaarheid: de sociale status, gecombineerd met waar ze de schuld leggen bepaalt of de vrouwen van kleur een teruggetrokken, een benaderende, of een pragmatische aanpak kozen.

Over het algemeen ervoeren vrouwen van kleur met een lager sociale status de meeste onzichtbaarheid op de werkvloer. Zij legden het vaakst de schuld ervan bij zichzelf, en kozen daarvoor voor een teruggetrokken aanpak, zoals stil blijven of zichzelf klein maken.

Vrouwen van kleur met een hogere sociale status hadden minder gevoel van onzichtbaarheid. Als dat wel het geval was, waren er twee manieren van reageren. Welke manier er gekozen wordt heeft te maken met wie of wat deze vrouwen de schuld geven van het gevoel van onzichtbaarheid. Een deel geeft de schuld aan de veroorzaker van de onzichtbaarheid: de dader. Deze vrouwen kozen daardoor vaak voor een benaderende aanpak, zoals het zich sterk uitspreken over het gevoel van onzichtbaarheid of het uitdagen van de dader (met de risico’s van dien).

Vrouwen die de schuld van hun onzichtbaarheid leggen bij structurele problemen, zoals systemisch racisme en seksisme, kozen vaker een pragmatische aanpak. De onderzoekers noemen hier als voorbeeld dat van ‘radicale eerlijkheid’ tegen degene die de onzichtbaarheid veroorzaakt.

Bhattacharyya zegt in Phys: ‘Door het belichten van de complexiteit in de ervaringen van vrouwen van kleur op werk bieden we met ons onderzoek belangrijk inzicht voor organisaties en hun aanpak wat diversiteit en inclusie betreft’. ‘Sommige ervaringen zijn onzichtbaarder dan andere, en vrouwen van kleur ervaren en reageren anders op onzichtbaarheid, afhankelijk van hun eigen identiteit en positie. Het feit dat er onderzoek naar wordt gedaan, en dat er taal voor bestaat, geeft legitimiteit aan de ervaringen van vrouwen van kleur.’

De onderzoekers hopen bij te dragen aan de bewustwording bij bedrijven en organisaties dat er ruimte moet zijn voor dialoog. Er moeten sociaal veilige ruimtes zijn waar radicaal eerlijke gesprekken kunnen plaatsvinden die de hindernissen erkennen voor de zichtbaarheid van vrouwen van kleur in organisaties.

Lees hier het hele onderzoeksessay.


Niets missen in de sociale wetenschappen? Word abonnee van Sociologie Magazine!