Mannen die tijdens hun baan vooral met vrouwen werken, zijn vaker geneigd zich thuis mannelijker te gedragen. Dat zegt een studie in de laatste uitgave van Journal of Sociology. De resultaten suggereren dat mannen met een vrouwelijke baan, thuis allemaal mannelijke klusjes gaan doen.

Mannen met een baan waar meer vrouwen rondlopen spenderen per week in totaal een uur meer aan mannelijke huishoudkluisjes, zoals het grasmaaien en aan de auto sleutelen. Vrouwen die getrouwd zijn met deze mannen spenderen vier uur per week meer aan huishoudelijke klusjes die in de ‘vrouwelijke categorie’ vallen als koken, schoonmaken en de was doen. 

Het werkt ook andersom. Vrouwen die tijdens werkuren meer te maken hebben met mannen, doen thuis meer aan het huishouden dan vrouwen die werken met evenveel mannen als vrouwen. Maar de resultaten waren minder sterk en consequent dan bij mannen met een baan waar veel van de tegenovergestelde sekse rondliep. “Dat suggereert dat mannen meer beïnvloedt worden door een geslachtsafwijkende baan dan vrouwen”, aldus Daniel Schneider, promovendus in Sociology bij Princeton en de auteur van de studie.

Schneider heeft data verzameld van duizenden koppels die meededen aan een groot nationaal onderzoek. De vrouwen die meededen aan dit onderzoek spendeerden per week gemiddeld 27 uur aan huishoudelijke taken in de vrouwelijke categorie. De echtgenoten zijn 10 uur per week met dit soort taken bezig. Deze mannen spenderen zes uur per week aan huishoudelijke klusjes die in de mannelijke categorie vallen, vrouwen spenderen maar twee uur per week aan mannelijke klusjes als het gras maaien of de kraan repareren.

“Het lijkt alsof mannen en vrouwen zulk ander werk thuis gaan verrichten om te compenseren voor de afwijking die ze voelen op het werk”, luidde de conclusie van Schneider.