Home » Artikel

Een oom die de weg kent

Strategisch gedrag van mensen heeft mij altijd geïntrigeerd.  Bij mijn sollicitatie op een Oio-plek over mensensmokkel  bij het Instituut voor Migratie en Etnische Studies  (IMES) in Amsterdam, was ik meteen gegrepen door  de vraag welke keuzes gesmokkelde migranten zelf in dit  proces hebben gemaakt. Waarom hadden ze een smokkelaar  nodig? Hoe kwamen ze in contact met een smokkelaar  en hoe werd de beslissing genomen over de eindbestemming?  Ik vond het verbazingwekkend dat dit soort  simpele vragen in eerder onderzoek nog niet aan de orde  was gekomen.

Vaak richten deze onderzoeken zich op de  smokkelorganisaties en het criminele aspect.  Vriend van een vriend  Mijn onderzoek maakte deel uit van een Europees project  met onderzoekers uit vijf verschillende landen. Voor de  vergelijking tussen deze landen hebben we geld gekregen  van de European Science Foundation (ESF). De verschillende  interesses en expertises leidden er toe dat elke onderzoeker  een eigen onderzoeksmethode heeft gekozen. De  Oostenrijkers en ik kozen voor de levensverhalenmethode.  In Duitsland zijn politiedossiers geanalyseerd, in Italië is  een analyse uitgevoerd van rechtszaken en in Zwitserland  zijn expertinterviews gehouden.  De levensverhalen toonden aan dat de bestaande ideeën  over mensensmokkel erg kunnen verschillen van de praktijk  die uit de verhalen van migranten naar voren komt.

Voor de migranten is de smokkelmethode vaak de enige  manier om hun land te verlaten, voor vluchtelingen zelfs  vaak de enige weg naar bescherming. De relatie tussen de  migrant en de smokkelaar blijkt cruciaal voor het verloop  van de reis. In het begin zijn het vaak bekenden van de  migrant, een oom of een vriend van een vriend. Dan is  mensensmokkel ingebed in een gemeenschap en verloopt  het vaak redelijk goed. Sommige smokkelaars handelen  zelfs uit ideologische overwegingen en helpen mensen een  land in oorlog te ontvluchten. In veel gevallen zijn het  mensen die zelf eerder gevlucht zijn en daardoor de weg kennen. Een Irakese man vertelde bijvoorbeeld hoe eenvoudig  het is om in contact te komen met mensensmokkelaars.  ‘Omdat mijn land in oorlog is kun je niet officieel  reizen. Je bent gedwongen om mensensmokkelaars te  benaderen. Als je er zelf geen kent, is er altijd wel een  vriend of een bekende die er een kent.’ Later in het proces,  als mensen verder van huis zijn, is de kans op uitbuiting  groter en gebeuren de meeste ongelukken. Deze misstanden  bereiken, logischerwijze, vaak het nieuws en bepalen  de beeldvorming rondom mensensmokkel. 

Tolken 

Om met deze specifieke groep migranten in contact te  komen, ben ik op zoek gegaan naar asielzoekers. In Nederland  komen vrijwel alle asielzoekers met hulp van een  smokkelaar het land binnen. Omdat ik inzichtelijk wilde  maken hoe verschillend mensensmokkelprocessen kunnen  verlopen, richtte ik me op mensen uit drie heel verschillende  regio’s: Irak, de Hoorn van Afrika (Somalië, Ethiopië  en Eritrea) en de voormalige Sovjet-Unie. Een consequentie  van deze keuze was dat ik met tolken moest werken,  wat al vrij snel tijdens het veldwerk ongelukkig bleek uit  te pakken. Veel respondenten hadden wantrouwen opgebouwd  jegens tolken door slechte ervaringen tijdens hun  asielverhoor. Een Ethiopische man vertelde bijvoorbeeld:  ‘Omdat ik geen Nederlands sprak, was 99 procent van  mijn zaak afhankelijk van de vertaling van de tolk. Later  heb ik gemerkt dat het interview helemaal niet goed is gegaan. 

De tolk was onbekend met bepaalde omstandigheden  of met instanties die ik noemde, en maakte daardoor  belangrijke fouten.’  De informanten vertelden hun verhaal soms ook zoals zij  het aan de IND hadden moeten vertellen, met veel exacte  details. Al snel werd duidelijk dat onze interviewsetting  veel informeler en een contrast met de IND moest zijn als  we levensverhalen en ervaringen wilden verzamelen. We  lieten mensen zoveel mogelijk hun eigen verhaal in hun  eigen taal vertellen. Dit betekende dat mijn assistenten  niet als tolken zouden fungeren, maar het hele interview  zelfstandig moesten doen. 

Uit handen 

Als onderzoeker is het niet eenvoudig om de dataverzameling  uit handen te geven, maar soms dwingen omstandigheden  je ertoe om dit soort praktische oplossingen toe  te passen. We hebben de interviews uitvoerig besproken  en achteraf heb ik veel geleerd van deze nauwe samenwerking  met mijn onderzoeksassistenten. Zij konden me  extra informatie geven over gewoonten, gebruiken en  wetgeving in de landen van herkomst van mijn respondenten  en ik kon hen soms kritische vragen stellen over  de verzamelde gegevens.  Naast het interviewen in de eigen taal hebben we er ook  voor gekozen om mensen hun verhaal zoveel mogelijk te  laten vertellen in hun eigen volgorde en met de nadruk op  aspecten die voor hen van belang waren geweest. Samen  met de drie onderzoeksassistenten ben ik er uiteindelijk in  geslaagd 56 verhalen van gesmokkelde migranten te verzamelen  die inzicht geven in ervaringen met reizen met  een smokkelaar. Deze verhalen zijn vaak hartverscheurend.

Een Somalische vrouw verloor een groot gedeelte  van haar familie terwijl ze probeerden Kenia te bereiken.  ‘Die dag gingen we met vier auto’s, totaal volgeladen,  naar Kismayo, vanwaar we een boot zouden nemen naar  Mombassa [Kenia]. We lieten onze auto’s daar achter. Het  was er totale chaos, iedereen zocht naar een plek op de  boot, mensen vielen flauw, vooral degenen die al dagen  hadden gelopen om bij de havenplaats te komen. Een  deel van mijn familie ging met mij en mijn twee kinderen  mee, wij betaalden $100 voor een vierdaagse tocht op een  hele vieze boot. Maar toch hadden wij nog relatief geluk  gehad. Het andere deel van mijn familie was met een  andere boot meegegaan. Later hoorden wij dat hun boot  gekapseisd was. 22 mensen waren verdronken, inclusief  iedereen die wij kenden.’  De verhalen laten zien welke risico’s migranten die geen  legale mogelijkheden hebben om hun land te verlaten  moeten nemen. Het meewegen van motieven van mensen  om met smokkelaars te reizen en van sociale percepties  van smokkelaars, helpt om inzichtelijk te maken dat irreguliere  migratieprocessen complexer zijn dan vaak wordt  verondersteld. 

   

Dit artikel verscheen eerder in Sociologie Magazine: 

Auteur: 

Ilse van Liempt